Ontsnapping uit Rome
(162 – 161 voor Chr.)
Terwijl de inwoners van Judea nog verbaasd staan over de onverwachte redding, gebeurt er in Rome iets bijzonders! Daar zit immers nog steeds de zoon van koning Seleucus IV als gijzelaar. Deze Demetrius moet al 13 jaar lang tandenknarsend toezien hoe anderen de troon in Antiochië bezet houden. Eerst die vreselijke (oom) Antiochus IV, die de Joden zo hevig had vervolgd. En nu is het een jongen van amper 10 jaar die opgeleid wordt om koning te worden, onder leiding van generaal Lysias…
Actie van de Romeinen
Prins Demetrius heeft in Rome een goed leven. Maar toch… De 23-jarige jongeman snakt ernaar om over het Syrische (ook genoemd: Seleucidische) rijk te mogen heersen. Daarom vraagt hij aan de regering in Rome toestemming om naar Syrië te reizen. Maar die krijgt hij niet.
De Romeinen begrijpen wel dat een krachtige Demetrius op de troon van Syrië een veel groter gevaar is dan de zeer jonge prins, die Antiochus V wordt genoemd. Meteen komt er actie uit Rome. Dit was toen al het ‘grote wereldrijk’, waar de andere landen wel respect voor moesten tonen. De Romeinen kijken even of de Syriërs zich wel aan de regels hebben gehouden. Dat blijkt niet zo te zijn: er zijn grote oorlogsschepen, die door de Romeinen worden verbrand. En ook treffen ze krijgsolifanten aan, waarvan er vele gedood worden. Hadden ze daar in Antiochië ook maar beter naar Rome moeten luisteren!
Ontsnapt!
Het wordt wat onrustig in Syrië. Demetrius in Rome hoort dat de bevolking in Syrië niet meer zo tevreden is over hun leider Lysias. “Dan is dit het moment!”, denkt hij. Hij beraamt een plan om uit Rome te ontsnappen. Dat blijkt niet zo eenvoudig, maar met hulp van een Egyptische gezant krijgt hij het toch voor elkaar. Met een schip weet hij de kust van Libanon te bereiken. En precies wat hij had gedacht: er staat al een menigte klaar om hem welkom te heten. Ook het Syrische leger kiest voor Demetrius. Dan gaat het snel. Generaal Lysias en prins Antiochus V (zijn eigen neef!) worden gegrepen en ter dood gebracht. In het jaar 162 is er een nieuwe koning in Syrië: Demetrius I.
► Koning Antiochus III met zijn zoons en kleinzoons.
De getallen geven de jaren aan van hun troonsbestijging.
Nieuwe aanval uit Syrië
De koning benoemt ook een nieuwe hogepriester: Alkimus. Deze wordt door de meeste Joden wel geaccepteerd, omdat hij uit een priesterfamilie stamt. Maar het gaat direct al mis. Alkimus laat tientallen orthodoxe Joden terechtstellen. Het gevolg is dat velen van die groep zich aansluiten bij de Makkabeeën. Want het is duidelijk: vanuit Syrië komen nieuwe acties tegen de verzetsstrijders. Maar veel succes hebben de Syriërs niet. Hun grote leger wordt in de buurt van Jeruzalem door Judas en zijn mannen verslagen. De Syrische veldheer Nikanor (betekent zoiets als: overwinnaar) sneuvelt daarbij. De Joden besluiten deze dag, de 13e van de maand Adar, te blijven gedenken als ‘de dag van Nikanor’.
Vriendschap met Rome
Koning Demetrius zal echter niet meteen een nieuw leger naar Judea sturen. Hij heeft zijn handen vol aan een opstand in zijn eigen land. Judas komt met een plan dat hij zelf wel aardig vindt: hij wil vriendschap sluiten met de Romeinen. De Joodse gezanten die naar Rome reizen vinden daar een gunstig onthaal. Rome is bereid om een verbond met Judea te sluiten. Het contract wordt op een bronzen plaat gegraveerd. Judas hoopt dat Rome militaire steun zal verlenen, als dat nodig is. Maar ook als dat niet zo mocht zijn – dit verbond is dan toch maar een prachtig middel om koning Demetrius zenuwachtig te maken…