Soekot - Loofhuttenfeest


Het Loofhuttenfeest wordt in Lev. 23:33-43 genoemd. Het is een van de meest vreugdevolle feesten. Het duurt zeven dagen. Ieder jaar moeten de Joden herdenken dat de Heere de Israëlieten uit Egypte heeft uitgevoerd en hen veertig jaar door de woestijn heeft geleid. Tijdens de woestijnreis woonden zij in tenten of loofhutten. Het woord 'loofhut' is in het Hebreeuws: soeka. De Heere zegt “Opdat uw geslachten weten, dat Ik de kinderen Israëls in loofhutten heb doen wonen, als Ik hen uit Egypteland uitgevoerd heb; Ik ben de HEERE uw God.” (Lev. 23:43). Tijdens het Loofhuttenfeest worden er vier producten van bomen gebruikt. Deze producten staan in Lev. 23:40. “En op den eersten dag zult gij u nemen takken van schoon geboomte, palmtakken en meien van dichte bomen, met beekwilgen; en gij zult voor het aangezicht des HEEREN uws Gods zeven dagen vrolijk zijn.”

   Hoe Soekot nu gevierd wordt   

Tijdens het Loofhuttenfeest leven Joden nog steeds zeven dagen in loofhutten. Overal zie je in Israël hutten met daken van boomtakken en bladeren staan. Op het plein voor de Klaagmuur in Jeruzalem staat een hele grote hut. Er wordt gezwaaid met een bundel van mirtentakken, beekwilgentakken en palmtakken. Zo’n bundel wordt een loelav genoemd. Bij de takkenbundel wordt een etrog gevoegd. Dat is een grote en geurige citrusvrucht.


Op de foto zie je deze takkenbundels met de etrogs. De mannen dragen, zoals je ziet, ook een talliet (gebedsmantel). Tijdens het uitspreken van de Psalmen 113 tot en met 118 worden er met de takkenbundel zwaaiende bewegingen naar alle windrichtingen gemaakt. Daarmee wordt gevraagd of God voor al het groen wil zorgen. De zevende en laatste dag van het Loofhuttenfeest heet Hosjana Rabba. Op die dag gaan de Joden in de synagoge zeven maal met de loelav om de biema (een soort preekstoel) heen. Bij de laatste ronde slaan ze met de bundel tegen de banken totdat er enkele blaadjes uit vallen. Daarna wordt de bundel takken weggeworpen.

Het Loofhuttenfeest is niet alleen een bevrijdingsfeest maar ook een oogstfeest. Bij het Paasfeest wordt de Heere gedankt voor de eerste opbrengst van de gersteoogst. Tijdens het Pinksterfeest (Sjavoeot) danken de Joden de Heere voor de tarweoogst. Het Loofhuttenfeest is het laatste oogstfeest. Het Joodse volk dankt de Heere voor de fruit-, de olijven- en de druivenoogst.

Een soeka geeft beschutting tegen de hitte van de brandende zon. De Heere Jezus is de grote Soeka. Alleen in Hem ben je veilig voor de hitte van de brandende toorn van God. De deur van die grote Soeka staat nog open. Met al je zonden mag je tot Hem de toevlucht nemen en in Hem schuilen. Dat is de grote betekenis van Soekot. De woestijnreis eindigde voor de Joden in Kanaän. De levensreis van een bekeerde zondaar eindigt in het hemelse Kanaän. Het eeuwige Loofhuttenfeest komt. Bekeerde Joden en heidenen zullen samen delen in die feestvreugde. Dan zal de eeuwige dankdag aanbreken in Gods tent!