Ghetto Fighters' House


De Joden hebben tijdens de Tweede Wereldoorlog, door Nazi-Duitsland, erg veel geleden. Eerst moeten ze in aparte stadswijken (getto’s) van steden samen gaan wonen. Dan krijgen ze te maken met allerlei maatregelen, die hen gaan uitsluiten van de rest van de samenleving. Ze moeten een Jodenster op hun kleding gaan dragen, ze mogen niet meer overal komen, ze worden steeds meer achtergesteld. Tenslotte worden ze naar de concentratiekampen gebracht in goederentreinen. Daar moeten de (gezonde) mannen hard werken en sterven ze door de ontberingen. De zieke mensen, de kinderen, de vrouwen en de oude mensen, worden gelijk naar de gaskamers gebracht. En zo eindigen vele Joden hun leven, in totaal maar liefst zes miljoen. Maar er zijn ook Joden die de gruwelen van de concentratiekampen overleven. Zij komen na de oorlog terug in Nederland. Maar ook veel Joden trekken naar Israël. In 1948 is de Joodse staat ontstaan.

   De oprichters   

Op 19 april 1949 stichten Joodse overlevenden in de nieuwe staat Israël een museum: het Ghetto Fighters’ House, of in het Hebreeuws: Lohamei HaGettaot. De oprichters zijn allemaal overlevenden van de Holocaust. Sommigen hebben meegedaan aan de bekende Opstand van Warschau, die zes jaar daarvoor, juist op deze datum was uitgebroken. Ze willen de hele wereld laten zien wat er gebeurd is met de Joden in de Tweede Wereldoorlog. Ze willen aandacht vragen voor de massale uitroeiing van de Joden, die zo weerzinwekkend en verschrikkelijk is geweest. Onze kinderen en de navolgende geslachten mogen dat nooit vergeten.


beeld: dr. Avishai Teicher

Dit Ghetto Fighters’ House in West Galilea, in het noorden van de nieuwe staat Israël, is het eerste museum over de Holocaust. Centraal staan vooral de moed en de geestelijke overwinning van de overlevenden. Zij droomden van een nieuwe staat Israël, waar de Joden vrij zullen kunnen wonen. En dat is nu werkelijkheid!

Het museum is in een kibboets gebouwd. Dat is een soort gemeenschap of dorp, waar men samen leeft en de goederen beheert. Men wil de welvaart in de nieuwe staat bevorderen. Op de landerijen verbouwt men veel vruchten voor de bevolking.

   Visie   

Je kunt in het museum veel zien over de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog; bijvoorbeeld het getto van Warschau. Uitgebreid wordt ingegaan op de opstand in het getto in 1943. Die betekende het einde van het getto en de dood van de meeste Joodse strijders. Maar deze opstand is het symbool geworden van het verzet van de Joden tegen Duitse streven om hen te vernietigen.

In het museum worden lezingen gehouden met als doel, om kennis en begrip bij te brengen van de gebeurtenissen, die plaatsvonden. Maar men wil ook een dialoog op gang brengen, een gesprek, met degenen die nog steeds met Jodenhaat (antisemitisme) bezet zijn.

Het museum heeft een grote bibliotheek en ook worden er steeds wisselende tentoonstellingen en conferenties gehouden. Nog steeds wordt er onderzoek gedaan naar de gebeurtenissen met de Joden in vele landen, vroeger en nu. Het Ghetto Fighters’ House heeft (Joodse) vrienden vanuit de hele wereld, die het museum steunen.

   Joodse kinderen   

Ook veel Joodse kinderen zijn in de Tweede Wereldoorlog omgekomen. Veel nu levende (oudere) Joden waren kind in de periode van de Tweede Wereldoorlog. In 1995 wordt het naastliggende Yad Layeled Children's Memorial Museum opgericht. Het wil de herinnering levend houden aan de Joodse kinderen, die zijn omgekomen tijdens de Holocaust.

Het doel van dit Children's Museum is de jonge bezoekers kennis te laten maken met de wereld van de kinderen die leefden tijdens de oorlog. Er is een ervaringslocatie waarmee ze de verschrikkingen van de Holocaust kunnen verkennen op een voor kinderen passende wijze.

   Archief   

Het museum bezit een archief met meer dan 2,5 miljoen objecten: brieven, certificaten, dagboeken, getuigenissen (in geschreven vorm, audio en video), films, foto’s en displays. Het materiaal komt van over de hele wereld, uit alle Joodse gemeenschappen. Het gaat over de gehele periode na de Eerste Wereldoorlog. Meer dan 250.000 objecten zijn nu via internet (online archief) beschikbaar. En het onderzoek wordt nog steeds voortgezet.